Parodie in reclame is een krachtig wapen, maar gebruik ervan is riskant vooral bij vergelijkende reclame. De rechter tikt geregeld adverteerders op de vingers omdat de toonzetting afbreuk doet aan de reputatie van het andere bedrijf. Als een non-profit organisatie een bedrijf op de hak neemt, gebeurt er vaak niets. Acties tegen non-profit organisaties liggen namelijk gevoelig bij het publiek . In dat geval is er altijd wel een consument die een klacht indient bij de Stichting Reclame Code (hierna RCC). Online kan er super simpel en snel een klacht ingediend worden en er zijn geen kosten aan verbonden ook al is de klacht onzinnig.
Voorafgaand aan de Hamsterweken van Albert Heijn lanceert Wakker Dier een nieuw campagne die tot de nodige klachten leidt bij de RCC. In de radiocommercials voeren twee hamsters een gesprek over het leven van de kreupele plofkip bij Appie. Er volgt direct een klacht, de publiekscampagne zou in strijd zijn met de goede smaak of fatsoen omdat dit te negatief is voor het bedrijf.
Het is algemeen bekend dat de RCC zich vrij terughoudend opstelt bij dit soort klachten. In praktijk komt dit er op neer, dat vrijwel alles mag als daarbij de grenzen van het toelaatbare maar niet worden overschreden. De reclame mag niet in strijd zijn met het algemeen belang, de openbare orde of de goede zeden en niet nodeloos kwetsend zijn voor het bedrijf. Er volgt wel snel een verbod, als de commercial niet een correct beeld geeft van de werkelijkheid of onjuistheden verkondigt.
De klacht wordt zowel in eerste instantie als in beroep afgewezen. De commercial is niet in strijd met de waarheid. Wetenschappers van de Universiteit van Wageningen hebben in 2011 al geconcludeerd dat plofkippen het van alle dieren het slechts getroffen hebben. Het noemen van de naam van een supermarkt is ook niet in strijd met de reclamecode (naast Albert Heijn krijgt ook Jumbo er van langs en daar komt ook een klacht voor binnen die wordt afgewezen).
In 2013 heeft de RCC al eerder aangegeven dat Wakker Dier in beginsel vrij haar mening kan ventileren over de verkoop van `plofkippen´ bij supermarkten. De persiflage van de hamsters moet daarbij op de koop toe genomen worden. Advertising properties (wat de hamsters gewoon zijn) mogen daarbij gebruikt worden, zolang er maar geen verwarring ontstaat, de advertising properties niet gekleineerd worden en de uiting zelf voldoende onderbouwd is. Bij het parodiërend gebruik van de hamsters zijn de grenzen van het toelaatbare niet overschreden, de klacht wordt afgewezen.
In praktijk wordt een bijzonder groot deel van alle ingediende klachten bij de RCC ongegrond verklaard. Klagen is supersimpel (paar vinkjes en je bent klaar) en een goede onderbouwing is niet echt vereist. Misschien is het daarom tijd om een kleine drempel op te werpen en hiervoor wel een kleine vergoeding te vragen. Wordt de klacht gehonoreerd, dan moet de adverteerder dit betalen, bij ongegrond de klager.